Informatie over een Voorjaarveldwedstrijd Continentaal II
Een voorjaarswedstrijd Continentaal II is een wedstrijdvorm, waarbij uitsluitend het werk van de staande hond in het veld, voor het schot wordt beoordeeld. We kennen meerdere klassen te weten de jeugdklasse voor honden die aan het begin van het wedstrijdseizoen nog geen twee jaar waren, de Novice- Speciaal- en de Open klasse voor de volwassen honden.
De Drentsche Patrijshond in de
Continentaal II veldwedstrijden
De ideale loop is die waarbij de hond volkomen in de hand is, zijn veld in raseigen stijl grondig afzoekt, alle daarop voorkomende patrijzen voorstaat, daarbij respect toont voor alle wild en fel, vlot en niet al te ruim jaagt. Vanaf 2017 is het in het voorjaar ook mogelijk om vanaf 1 april te kwalificeren op fazant. Het te bejagen terrein bestaat bij voorkeur uit kleine landbouwpercelen met jong, niet al te laag graan, oude maïs- en graanstoppels, overhoekjes en ruige weitjes. Het terrein is gecoupeerd door relatief veel natuurlijke begrenzingen in de vorm van sloten, wallen, hekken of hagen en dwingt aldus tot een zeer grondige, niet al te ruime zoekwijze.
Filmpje voorstaande Drentsche Patrijshond
De Drentsche Patrijshond als jachthond
De Drentsche Patrijshond is voor de jacht op wisselend terrein de jachthond bij uitnemendheid. De hond jaagt onder het geweer, hij voegt zich naar het Continentaal II patroon zoals we dat in Nederland kennen. De Drentsche Patrijshond behoort bij het veldwerk niet te werken op voetverwaaiing, maar moet op zoek zijn naar het directe contact met het wild. Hiervoor dient de kop op zijn minst op de hoogte van een denkbeeldige lijn in het verlengde van de ruglijn gedragen te worden. Ook bij het voorstaan. Het behoud van het contact met de voorjager is een aangeboren eigenschap.
Het is typerend voor veel Drenten, dat de hond tijdens de zoekactie de staart in de rondte draait. Dit is vooral duidelijk als hij verwaaiing krijgt van wild. Vaak wordt het laatste deel van de staart licht naar boven gebogen. Na het aantrekken of een arrêt, staat hij het wild muurvast en onberispelijk voor. Ook de staart staat dan stil. Bij het staan wacht de hond tot de jager tot op korte afstand genaderd is terwijl, als hij lang moet wachten, hij omkijkt om te zien waar de voorjager blijft. Hij heeft een gemakkelijk aanpassingsvermogen dat hem voor de jacht op allerlei soort wild in het veld en voor het waterwerk geschikt doet zijn. Gemelde eigenschappen zijn de hond aangeboren, zodat hij weinig dressuur behoeft. De Drentsche Patrijshond was en is nog steeds een goede hulp bij de jacht op de wat kleinere percelen op alle soorten wild. Door de zachtheid van karakter is parforce dressuur uit den boze. De hond is trouw en intelligent en daardoor met een goede opvoeding en training een huisgenoot van bijzondere waarde en tevens een goede jachtmakker.